In het verleden[1] heeft UNIZO meermaals gesteld dat de PWA’s een eindig verhaal zijn. Het concept PWA biedt geen afdoend antwoord meer op de actuele arbeidsmarktvraagstukken op het vlak van activering en uitstroom naar werk. Daarom kiest UNIZO resoluut voor een uitdoving van de PWA’s in hun huidige vorm. Dit standpunt is bepleit in het sociale economie dossier van juli 2009. Voor de opvang en de begeleiding van de (huidige) doelgroep van de PWA’s wil UNIZO  met de betrokken partijen werken aan een (Vlaamse) rugzakfinanciering binnen de sociale economie.

In opvolging hiervan heeft de directieraad en Raad van Bestuur van december 2009 beslist om het uitdoofscenario te bepleiten..

Dit betekent dat:

• op korte termijn de PWA’s zich heroriënteren naar niet marktgerelateerde activiteiten en oudere werkzoekenden.
• de winsten die PWA’s maken - zowel door hun PWA-activiteiten, maar vooral door de dienstencheque-activiteiten - moeten worden aangewend om de tewerkstelling en de sociaal-economische situatie van de betrokken gemeente en regio te versterken.

Vlaams activeringsbeleid en de PWA.

Met het institutioneel akkoord tussen de federale overheid en de Gewesten wordt de PWA-bevoegdheid overgeheveld naar de Gewesten. Zowel het personeel als de werkingsmiddelen komen over naar het Gewest. De werkloosheidsuitkeringen van de PWA’ers blijven echter  federaal. Dit laatste zorgt voor een ambigue situatie het institutioneel akkoord stelt dan ook: “Indien de Gewesten beslissen om een PWA-voorziening te behouden, de federale overheid de financiering van de werkloosheidsuitkeringen van de PWA-werknemers zal voortzetten, beperkt tot het aantal huidige gerechtigden per Gewest. Ook zal het systeem gelden voor de langdurige werklozen en zij die ver van de arbeidsmarkt staan.”

In kader van de uitwerking van het institutioneel akkoord wil de SERV, onder voorbehoud van bekrachtiging, het PWA-stelsel laten uitdoven op voorwaarde dat de beoogde doelgroep opgevangen wordt binnen het bestaande en te ontwikkelen Vlaamse kader (W², LDE, Maatwerk, …). Er moet worden gekeken welke rol de PWA-vzw’s hierbij kunnen spelen. Tot dan is het aangewezen het federale stelsel in Vlaanderen voor deze werknemers verder te zetten.

Besluit

Op basis van verschillende beslissingen binnen UNIZO en het standpunt van de Vlaamse sociale partners moet er werk gemaakt worden van het opvangen van de doelgroep binnen het Vlaamse beleidskader én van een mogelijke heroriëntering of zelfs stopzetting van de verschillende PWA-vzw’s.

Op 23 november 2012 besloot de UNIZO-Directieraad om geen UNIZO-vertegenwoordigers meer aan te duiden in de nieuw samen te stellen PWA’s.

Dit heeft geen gevolg voor het voortbestaan van de PWA-werking en de vzw. De regelgeving bepaalt dat een PWA-vzw om erkend te kunnen worden paritair moet samengesteld zijn uit leden aangewezen door de gemeenteraad (of de gemeenteraden) en uit leden van organisaties die zitting hebben in de Nationale Arbeidsraad (NAR).

Meer informatie: Bjorn Cuyt

[1] UNIZO nota: Standpunt UNIZO toekomst PWA-stelsel, 13 maart 2007

  UNIZO nota:  Uitstapscenario PWA, 20 januari 2010

  UNIZO nota: Actualiteitsnota PWA, 31 augustus 2011

  UNIZO dossier: Sociale economie: van apartheid naar samenwerking, 8 juli 2009